Hierna volgt het levensverhaal van Sensei John Marrable van Nieuw Zeeland. Ik ben heel blij dat ik deze persoon heb mogen leren kennen.Dit is een voorbeeld van iemand die ondanks zijn gebrek toch tot ongelooflijke prestaties en resultaten is gekomen. Dit verhaal stond in het presentatieblad van de Worldbudosai van Okinawa dat plaatsvond van 20 tot 26 juli 2008. Ik hoop dat eenieder die dit leest er iets positief uithaald voor zijn verdere sportieve of dagelijkse leven.
Sensei Lu.
Ik ben geboren op 21 juli 1956 in Romford Engeland en werd rolstoelpatient in mei 1967 nadat ik geprobeerd had op een clif te klimmen. Ik brak mijn rug ter hoogte van mijn zwevende ribben en bracht negen maand ( en mijn 11e verjaardag) in het Stoke Mandeville hospitaal, dat in die tijd gekend was voor de beste ruggegraat-unit in de wereld.
Tijdens mijn verblijf in het hospitaal leerde ik boogschieten, tafeltennis en leerde opnieuw zwemmen.
Wanneer ik in 1968 het hospitaal verliet, leerde ik dat je als rolstoelpatient anders werd behandeld. Het aantal keren dat men mij vertelde dat ik iets niet zou kunnen omdat ik in een rolstoel zat, maakte mij net meer vastbesloten om te bewijzen dat ik alles kon waar ik mijn zinnen op gezet had.
Op school begon ik met paralympische sport, genietend van de piste en het zwemmen.
Ik ondervond ook dat ik in mijn rolstoel bij een gevecht in het nadeel was, zodoende was ik al op jonge leeftijd happig om voor mezelf te kunnen opkomen, maar niemand wilde mij het leren omwille van mijn rolstoel.
Dit hield mij niet tegen en ik kocht of leende eender welk martial art boek dat ik kon vastkrijgen en oefende de bewegingen alleen of met vrienden.
Heel mijn famillie behalve mijn broer emigreerde in 1974 naar Nieuw- Zeeland en ik ging verder deelnemen in de paralympische sporten.
In 1975 vond ik een karateclub die mij niet buitenstootte omwille van mijn rolstoel en sindsdien train ik martial arts.
Ik heb heel wat meegemaakt in mijn leven, maar één van de meest opmerkelijke ervaring was de eerste keer dat ik trainde bij Sensei Higaonna. Het was in 1977/78 op zijn eerste bezoek aan Nieuw Zeeland.
In die tijd beoefenden wij Kyukoshinkai karate onder Sensei Jarvis die Sensei Higaonna had uitgenodigd om te zien of het mogelijk was om in de organisatie van Sensei te komen.
Zoals je kan indenken, de training was zeer intens en op het einde deed Sensei Higaonna zijn gordel uit en riep mij naar voor.
Het was met een ootmoedig gebaar dat Sensei zijn gordel aan mij aaanbood, zeggende dat het geen grading was maar een erkenning van zijn respect voor mijn training en mijn ingesteldheid. Hij zei me de gordel aan de muur te hangen en hem te gebruiken en te inspireren om verder te doen.
In 1980 slaagde ik bij Sensei Higaonna voor Shodan. Sensei zei me dat ik vanaf nu " zijn gordel" mocht dragen. Ik had veel moeite om mijn emoties te bedwingen.
Ik behaalde bij Sensei Nidan in 1983, Sandan in 1989 en Yondan in 1995.
Ik heb Nieuw-Zeeland vertegenwoordigd op de parlympische sporten in 1977 en 1979 en stopte met actieve sport in 1984 wanneer ik verhuisde naar Auckland.
Ik begon met competitie skieen in 2000 en maakte deel uit van de New Zealand Development Squad tot juli 2006.
Tijdens de laatste opwarming voordat ik aan de eerste race van het seizoen zou beginnen kwam ik ten val en al de pezen van mijn linkerschouder werden afgescheurd.
Een operatie in dat jaar was geen succes zodat na een tweede operatie dit jaar mijn schouder stilaan beter wordt. Ik zal nooit 100% worden, maar er bestaat voor mij geen zin als : " ik kan het niet! ".
Ik heb zelf een club en de laatste jaren hebben 8 studenten Shodan behaald.
Het was leuk om te zien dat de leerlingen mij steunden, zelfs wanneer ik in een electrische rolstoel terug in de dojo aankwam met voor 3 maand een geimobilizeerde linkerarm.
Ik voel mij waarlijk zeer vereerd om door Sensei Higaonna uitgenodigd te zijn voor de demonstratie op de Gasshuku van dit jaar.
Ik geloof heel sterk dat het mijn martial arts training is die een sterk lichaam en geest handhaafd ondanks mijn meer dan 40 jaar in een rolstoel.
John Marrable
Juni 2008